Terug naar overzicht
± 0 min

No Cure No Pay overeenkomst in whiplash zaak is niet kwalijk gevonden door Rechtbank Den Haag

Een SM-meesteres, die als gevolg van een ongeval een whiplash letsel heeft opgelopen, en haar advocaat John Beer verliezen wederom een procedure.

De inmiddels failliete SM-meesteres Thomas en haar advocaat mr. John Beer verliezen ook procedure tegen Rechter Commissaris. Rechtbank Den Haag oordeelt dat kans op succes bij procederen bij Hoge Raad over no cure no pay overeenkomst tussen de NLS en Thomas niet groot is.

In een beschikking van 20 september 2012 heeft de Rechtbank Den Haag voormalig SM-prostituee Thomas en haar advocaat mr. John Beer wederom volledig in het ongelijk gesteld.

Thomas en Beer waren in beroep gegaan tegen een beslissing van de Rechter Commissaris, waarin de Rechter Commissaris zijn goedkeuring verleende aan de overeenkomst die de curator in het faillissement van Thomas in juli jl. heeft gesloten met de NLS. Op grond van deze overeenkomst betaalt de NLS onverplicht Thomas alle schulden in haar faillissement. De zaak die Thomas bij de Hoge Raad tegen de NLS heeft aangespannen wordt ingetrokken en het faillissement van Thomas wordt opgeheven. De voormalige prostituee kan daarna haar leven zonder schulden herpakken.

In de beschikking oordeelt de Rechtbank: “De stelling van Thomas dat haar kans op succes in de procedure bij de Hoge Raad groot is, volgt de rechtbank niet. (…) de curator [heeft] naar het oordeel van de rechtbank op goede gronden kunnen besluiten om het risico van een lege boedel, dat doorprocederen met zich brengt, niet te willen nemen.”

Elf misslagen van mr. John Beer zijn door rechters van tafel geveegd. De afwijzende beschikking van de Rechtbank Den Haag is het voorlopige einde van de lange reeks van elf juridische procedures die mr. Beer voor Thomas tegen de NLS heeft gevoerd en die hij zonder uitzondering allemaal heeft verloren. Steeds verzekerde mr. Beer zijn cliënte dat zij in haar recht stond en dat zij zich geen zorgen hoefde te maken. Maar even zo vaak bleek Beer de juridische situatie geheel verkeerd te hebben ingeschat.

Mr. John Beer presenteert zichzelf in de media graag als ervaren advocaat die goed op de hoogte is van het recht. In de elf nodeloos door mr. Beer voor Thomas gevoerde procedures oordeelden alle door mr. Beer ingeschakelde rechters steeds, dat mr. Beer zich niet voldoende in de relevante feiten heeft verdiept en dat hij de toepasselijke juridische regels niet juist heeft begrepen.

Tot ontsteltenis van Thomas leidden de wanvertoningen van mr. Beer steeds slechts tot uitvoerig gemotiveerde vonnissen waarin de rechters korte metten maakten met alles wat mr. Beer in de procedures had beweerd. Ook werd Thomas geregeld veroordeeld tot forse proceskostenveroordelingen.

Thomas is door mr. Beer failliet geprocedeerd. Voor zijn vele vruchteloze werkzaamheden heeft mr. Beer zijn cliënte een bedrag van meer dan € 100.000,- laten betalen. Toen Thomas uiteindelijk niet nog meer wilde betalen heeft Beer op valse gronden nog enkele toevoegingen voor Thomas bij de Raad voor Rechtsbijstand weten te verkrijgen. Met deze toevoegingen heeft Beer daarna (wederom zonder succes) geprobeerd zijn vele eerdere juridische missers te herstellen.

De procedures die mr. Beer voor Thomas heeft verloren zijn de volgende. 1. Provisioneel verzoek van mr. Beer in bodemprocedure Rechtbank Amsterdam, vonnis 13 augustus 2008: verloren. 2. Bodemprocedure door mr. Beer bij Rechtbank Amsterdam, vonnis 18 augustus 2010: verloren. 3. Hoger beroep door mr. Beer Gerechtshof Amsterdam, arrest 13 december 2011: verloren. 4. ‘Procedure’ door mr. Beer om na arrest proces van zitting aangepast te krijgen, december 2011: verloren. 5. Kort geding door mr. Beer voor Rechtbank Amsterdam tot intrekking faillissementsaanvraag, vonnis d.d. 27 februari 2012: verloren. 6. Faillissementszitting d.d. 28 februari 2012, mr. Beer is ondanks aankondiging aan Rechtbank Den Haag dat hij zou komen, niet verschenen: verloren. 7. Faillissementsaanvraag, door mr. Beer te laat (na sluiten behandeling ter zitting) schriftelijk verweer gevoerd: verloren. 8. Aanvraag tot schuldsanering 1 maart 2012, door mr. Beer te laat en in strijd met wettelijke procedure ingediend: verloren 9. Hoger beroep tegen faillissementsbeschikking, door mr. Beer niet (tijdig) ingesteld: verloren. 10. Bezwaar van mr. Beer bij curator tot sluiten overeenkomst met NLS in juli jl. door curator afgewezen: verloren. 11. Door mr. Beer ingesteld beroep tegen beslissing RC tot goedkeuring overeenkomst curator en NLS bij beslissing van Rechtbank Den Haag 20 september 2012: verloren.

Doordat mr. Beer tegen zeer hoge kosten in zijn kansloze procedures tegen de NLS (en tegen Thomas’ toenmalige advocaat dr. mr. Gijs Verkruisen) bleef doorprocederen is Thomas uiteindelijk in gebreke gebleven bij het betalen van haar huur, energie, internet, water, telefoon, paarden en vele andere onbetaalde rekeningen. Op 6 maart 2012 is Thomas door de Rechtbank Den Haag failliet verklaard.

Mr. Beer moet voor de tuchtrechter verschijnen wegens gerommel met toevoegingen Voor het gerommel met de toevoegingen moet mr. Beer zich op 8 oktober a.s. verantwoorden voor de advocatentuchtrechter in Amsterdam. Recent zijn verschillende advocaten door de tuchtrechter hard bestraft voor fraude met toevoegingen.

De problemen voor Thomas zijn ontstaan toen zij in 2007 weigerde een no cure no pay-overeenkomst na te komen die zij in 2002 met de NLS had gesloten. Enkele jaren daarvoor had Thomas een whiplash ongeval doorgemaakt. In de whiplash letselschadezaak die daarop volgde was geen advocaat en geen instelling voor procesfinanciering in Nederland in staat geweest om een hogere uitkering van de verzekering te krijgen dan € 8.000,-. Thomas kwam niet in aanmerking voor een toevoeging. De NLS was bereid om te trachten om de werkelijke schade van Thomas vergoed te krijgen van de verzekeraar van de veroorzaker van het ongeval. De NLS stelde zich garant voor de kosten van een advocaat en voor alle overige proceskosten. In een jarenlange procedure wist de advocaat de wederpartij uiteindelijk te dwingen om een aanbod van € 750.000,- te doen. Dit aanbod is door Thomas geaccepteerd.

Toen dit bedrag conform de gesloten no cure no pay-overeenkomst tussen Thomas en de NLS moest worden verdeeld weigerde Thomas haar afspraken met de NLS na te komen.

Mr. Beer is een letselschade-advocaat die sinds jaar en dag nauw samenwerkt met verzekeraars van aansprakelijkheid. Deze samenwerking vindt onder meer plaats in de Vereniging voor Letselschade Advocaten (LSA). Naar verluidt heeft mr. Beer gehoopt een wit voetje bij de verzekeraars te kunnen halen door de NLS en de advocaat op kosten van Thomas jarenlang hard aan te vallen en te beschuldigen. Samen zijn de NLS en de advocaat in staat gebleken om de verzekeraar te dwingen om bijna 50 maal zoveel te betalen als zij aanvankelijk bereid waren. Er zijn veel slachtoffers met grote schade, maar die wegens geldgebrek en gebrek aan een goede advocaat uiteindelijk (vrijwel) niets van de aansprakelijke verzekeraar uitgekeerd krijgen.

Mr. Beer heeft onder meer in een bodemprocedure geprobeerd om de Rechtbank Amsterdam en het Hof Amsterdam ervan te overtuigen dat de NLS-overeenkomst en de dienstverlening door de advocaat niet in orde zouden zijn geweest. De Rechtbank en het Hof hebben die beweringen van Thomas en mr. Beer steeds op alle punten geheel van tafel geveegd.

Cassatie Thomas heeft 10 dagen om tegen de uitspraak van de Rechtbank Den Haag van 20 september 2012 in cassatie te gaan bij de Hoge Raad.

Op verzoek kan worden nagestuurd de beschikking Rechtbank ‘s-Gravenhage, sector civiel recht, zaaknummer F12.173, 20 september 2012.

Bron: Persbericht NLS d.d. 24.09.2012
Foto: Nationale Beeldbank